Close

15 februari 2021

De saga van de gesplitste inschrijving 2.0

In een eerdere nieuwsbrief (https://de-langhe.be/de-saga-van-de-gesplitste-inschrijving/) werd reeds bericht over de vernietiging van het standpunt van de Vlaamse Belastingdienst (hierna Vlabel)  met betrekking tot de gesplitste inschrijving (ook gekend als gesplitste aankoop) door de Raad van State.  Toen werd reeds gewaarschuwd voor een wetgevende ingreep die een voorafgaande registratie van een schenking gebiedt alvorens over te gaan tot een gesplitste aankoop (en waarbij aldus het fiscaal voordeel van de gesplitste aankoop verdwijnt).  Hoewel het niet zover gekomen is, heeft  Vlabel, ruim 2 jaar na het arrest van de Raad van State, een nieuw standpunt gepubliceerd omtrent de gesplitste aankoop. 

Techniek van de gesplitste inschrijving

De gesplitste aankoop kan een interessante techniek zijn in het kader van een successieplanning.  Wanneer (roerende of onroerende) goederen gekocht worden door de ene persoon in vruchtgebruik (bv. een ouder) en door een andere persoon in blote eigendom (bv. een kind), dooft het vruchtgebruik bij overlijden van de vruchtgebruiker (bv. een ouder) uit en wordt de blote eigenaar (bv. een kind) volle eigenaar van de goederen.  Hier is in principe geen erfbelasting op verschuldigd daar de goederen niet terechtkomen in de nalatenschap van de erflater.  

De Vlaamse Codex Fiscaliteit (hierna ‘VCF’) voorziet echter in een fictiebepaling ingeval van een gesplitste aankoop (artikel 2.7.1.0.7 VCF).  Deze fictiebepaling stelt dat er in bovenstaand geval toch erfbelasting verschuldigd is over de blote eigendom tenzij er wordt bewezen dat de verkrijging geen bedekte bevoordeling is.  De verkrijger van het vruchtgebruik moet meer bepaald bij het overlijden van de erflater aantonen dat hij (en niet de erflater) de blote eigendom zelf heeft betaald.  De verwerving van de blote eigendom mag ook betaald worden met geschonken gelden.  

Wat voorafging  

In 2015 publiceerde Vlabel een standpunt omtrent de gesplitste aankoop.  Vlabel stelde meer bepaald dat het tegenbewijs inzake de bedekte bevoordeling slechts aanvaard kon worden indien:  

  • de voorafgaande schenking geregistreerd was;  of 
  • indien kon worden bewezen dat er geen causaal verband was tussen de aankoop en de voorafgaande schenking.

Bovenstaande voorwaarden werden door Vlabel toegevoegd aan de wet.  Daar zij hierdoor haar bevoegdheid overtrad, vernietigde de Raad van State dit standpunt wegens strijdigheid met het legaliteitsbeginsel.  

Ingevolge dit arrest bevestigde de Minister van Financiën dat het Waalse en Brusselse Hoofdstedelijk Gewest eveneens hun standpunt zouden herzien.  Eén jaar na het vernietigingsarrest heeft ook de federale Administratie dit gedaan.  Laatstgenoemde stelde meer bepaald dat het tegenbewijs slechts kon worden aanvaard indien de voorafgaande schenking een vaste datum had vóór de aankoop van de blote eigendom,  er moet m.a.w. sprake zijn van een notariële schenking.  Daarnaast werd in deze beslissing eveneens gesteld dat het tegenbewijs een vroegere datum dient te hebben dan dit compromis, indien in dit verband reeds een voorschot betaald was. 

De federale Administratie heeft een voorwaarde (het hebben van een vaste datum) na het vernietigingsarrest van de Raad van State toegevoegd aan de wet.  In de rechtsleer kwam hierop echter kritiek daar dit in strijd is met het legaliteitsbeginsel.  Uiteindelijk kwam de federale Administratie op deze beslissing terug en werd de voorwaarde van de vaste datum niet meer vereist.   

Nieuw standpunt 20067 

Ongeveer twee jaar na de uitspraak van de Raad van State, verscheen er op 28 september 2020 een nieuw standpunt 20067 over de gesplitste aankoop.  

Het was geruststellend dat Vlabel er uiteindelijk voor koos om het standpunt van de federale Administratie niet te volgen door uitdrukkelijk het volgende te stellen:  

“Indien de betaling van een bedrag (voorschot, waarborg of andere) wordt voorzien in de ondertekende onderhandse verkoopakte voorafgaand aan de authentieke akte, heeft dit niet tot gevolg dat de datum van die onderhandse akte het bepalend ogenblik zou worden waar de schenking aan moet voorafgaan.” 

Met andere woorden stelt Vlabel dat de schenking bij gesplitste aankoop ook mogelijk is na het ondertekenen van het compromis.  

In dit standpunt bevestigt Vlabel eveneens dat de schenking niet dient te gebeuren bij authentieke akte.  De datum van de schenking kan bewezen worden door alle middelen van recht, met uitzondering van de eed of van eenvoudige beweringen van de partijen zelf of van hen uitgaande bewijzen. 

Eveneens is het irrelevant wanneer deze geldmiddelen geschonken zijn om de blote eigendom te betalen.  Het is zelfs mogelijk dat er vlak voor de aankoop een geldsom wordt geschonken via een authentieke akte, maar er nog geen storting op de rekening van de verkrijgers is geweest.  In dit geval is er eveneens sprake van een openlijke bevoordeling.  

Ten slotte haalt Vlabel in haar beslissing aan dat bij een openbare verkoop de schenking niet dient te gebeuren voor het verlijden van de aankoopakte, maar het volstaat dat de schenking is gebeurd uiterlijk voor het betalen van de prijs.  

Uit dit standpunt kan afgeleid worden dat Vlabel de fiscale praktijk na het vernietigingsarrest van de Raad van State bevestigt:

  • de voorafgaande schenking dient niet geregistreerd te worden opdat het tegenbewijs van een bedekte bevoordeling wordt aanvaard;  of 
  • er dient niet bewezen te worden dat er geen causaal verband was tussen de aankoop en de voorafgaande schenking. 

Conclusie 

Vlabel stoot zich geen twee keer aan dezelfde steen en publiceerde een standpunt dat in lijn ligt met het vernietigingsarrest van de Raad van State.  Deze uitspraak is zeer positief voor de belastingplichtige.  Hierdoor is de gesplitste aankoop nog steeds een interessante planningstechniek om (on)roerend goed fiscaal vriendelijk door te geven aan de volgende generatie.  

Evert Moonen – Lize De Corte

Terug naar overzicht
WEBSITE DOOR CONCEPTTOSCREEN