Close

25 juni 2018

Betekent het UBO-register het einde van uw fiscale anonimiteit als aandeelhouder?

Het UBO-register (“Ultimate Beneficial Owners”) werd ingevoerd bij de wet van
18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, en gaf uitvoering aan de vierde Europese antiwitwasrichtlijn.  De algemene principes werden verder uitgewerkt bij koninklijk besluit.  De tekst hiervan ligt klaar, enkel de publicatie laat op zich wachten.

De doelstelling van dit register spreekt voor zich.  Het UBO-register moet de administratie toelaten informatie te verzamelen over de uiteindelijk begunstigde van in België opgerichte vennootschappen, trusts, stichtingen, (internationale) vzw’s en juridische entiteiten die vergelijkbaar zijn met fiducieën of trusts.  In deze bijdrage beperken we ons tot de UBO-verplichtingen in hoofde van (het bestuursorgaan van) de vennootschappen.

De in België opgerichte vennootschappen betreffen zowel deze met rechtspersoonlijkheid als zonder.  Aldus zullen ook de burgerlijke maatschappen onderworpen worden aan deze identificatieverplichting.

Startschot van het UBO-register wordt voorzien op 1 juli 2018, met een overgangsperiode tot en met 30 november 2018.

1. Uiteindelijk begunstigden

Natuurlijke personen worden in drie gevallen als uiteindelijk begunstigde beschouwd:

  • de natuurlijke personen die rechtstreeks of onrechtstreeks “een toereikend percentage” van de stemrechten of van de aandelen in de vennootschap houden.  Wat al dan niet als een toereikend percentage wordt aanzien, dient telkenmale feitelijk te worden afgewogen.  Het staat wel vast dat een belang (rechtstreeks of onrechtstreeks) van meer dan 25,00% van de stemrechten, de aandelen of het kapitaal van de vennootschap, beschouwd wordt als “een indicatie van een toereikend percentage”.  Deze personen moeten aldus sowieso als uiteindelijk begunstigde van hun vennootschap worden geregistreerd;
  • de natuurlijke personen die zeggenschap hebben over de vennootschap via andere middelen (bijvoorbeeld via aandeelhoudersovereenkomsten);  of
  • de natuurlijke personen die behoren tot het hoger leidinggevend personeel van de vennootschap, zijnde de personen die de meest beslissende invloed uitoefenen op het beheer van de vennootschap (bijvoorbeeld de CEO of de voorzitter van het directiecomité).

2. Mee te delen informatie

Het koninklijk besluit bepaalt welke informatie omtrent de uiteindelijk begunstigde moet worden meegedeeld door het bestuursorgaan van de desbetreffende vennootschap:

  • naam en voornaam, geboortedatum, nationaliteit, identificatienummer en verblijfplaats van de aandeelhouder;
  • datum waarop hij uiteindelijk begunstigde is geworden;  en
  • criteria op basis waarvan hij als (rechtstreekse of onrechtstreekse) uiteindelijk begunstigde is gekwalificeerd.

De herkomst van de geïnvesteerde kapitalen (in hoofde van de uiteindelijk begunstigde-aandeelhouder) dient niet te worden meegedeeld, dit in tegenstelling tot (bijvoorbeeld) de Luxemburgse registratieverplichting.

3. Wie heeft toegang?

Het UBO-register wordt ingericht binnen de Federale Overheidsdienst Financiën en meer bepaald bij de Algemene Administratie van de Thesaurie.  Deze dienst staat in voor het verzamelen, bewaren en beheren van de gegevens, de controle en de terbeschikkingstelling ervan.

Het feit dat het register “letterlijk” in handen is van de fiscale administratie, betekent nog niet dat zij het vrij en naar eigen goedvinden kan raadplegen.  Het koninklijk besluit bepaalt immers dat “de bevoegde autoriteiten” (waaronder de fiscale administratie) en “de onderworpen entiteiten in het kader van de nakoming van hun verplichtingen inzake waakzaamheid ten aanzien van de cliënten” (waaronder de notarissen, gerechtsdeurwaarders en advocaten) toegang krijgen tot het UBO-register in de mate deze toegang legitiem en in overeenstemming met de wettelijke doelstelling is (d.i. het voorkomen van witwassen en de strijd tegen terrorismefinanciering).

4. Besluit

Met het UBO-register heeft de fiscale administratie, in de strijd tegen het witwassen, een nieuw instrument in handen.  De identificatie- en mededelingsverplichtingen inzake het UBO-register maken een einde aan de anonimiteit die bepaalde (vennootschaps-) vehikels konden bieden.  In combinatie met de automatische informatie-uitwisseling van bancaire gegevens (“Common Reporting Standards”) zal de fiscus grensoverschrijdende structuren nog meer in kaart kunnen brengen.  De anonimiteit van het aandeelhouderschap wordt stilaan maar zeker afgebouwd.

Justine Bouckaert
De Langhe Advocaten

 

Gepubliceerd in VOKA – Ondernemers West-Vlaanderen, editie 6, juni 2018

Terug naar overzicht
WEBSITE DOOR CONCEPTTOSCREEN